Terug naar overzicht

Column Vincent van Rossem: Opa vertelt

07 februari 2022
Column Vincent van Rossem: Opa vertelt

Deze maand word ik 72. Mijn kleinkinderen kunnen zich niet voorstellen hoe je zou moeten leven zonder smartphone. Maar in mijn jeugd hadden we helemaal geen telefoon, geen koelkast, geen wasmachine, geen televisie, laat staan een auto. In de zomervakantie gingen we vanuit Wageningen op de fiets naar het zomerhuisje van mijn grootouders in Radio Kootwijk. Tijdens de wintermaanden werd ons rijtjeshuis verwarmd met een kolenkachel die in de woonkamer stond, dat was dus de enige ruimte die verwarmd werd. Zo leefde het doorsnee gezin in Nederland, tot 1960, toen kwam de welvaart.

Amerika was ons voorgegaan in die welvaart. Daar verscheen in 1958 het boek The Affluent Society, van de econoom Galbraith. Het zou verstandig zijn, zo betoogde hij, om al die nieuwe rijkdom niet te verspillen aan te consumptiegoederen. Investeren in een sociale infrastructuur, onderwijs, zorg, enzovoort, was naar zijn mening de weg naar echte welvaart. In Nederlandse oren klinkt dat niet zo heel gek, maar in Amerika werd hij toch een beetje als een zonderling beschouwd. Met als gevolg dat Amerika nu wordt geteisterd door sociale problemen die het land ook politiek in gevaarlijk vaarwater hebben gebracht.

In Europa en zeker ook in Nederland heeft de welvaart niet alleen koelkasten en auto’s gebracht maar ook ongekende sociale vooruitgang. De AOW, om maar een voorbeeld te noemen, mag best een luxe genoemd worden, de sociale woningbouw bereikte een hoogtepunt en het grote ideaal van de socialisten, de emancipatie van de arbeidersklasse, ging in vervulling. Gedurende lange tijd lukte het om ook de materiele welvaart in goede banen te leiden, de Tweede nota over de ruimtelijke ordening in Nederland was in 1966 een document dat zelfs internationaal opzien baarde.

Maar daar ergens kwam de omslag. In 1961 had Jane Jacobs de moderne stedenbouw ter discussie gesteld in haar boek The Death and Life of Great American Cities. In 1962 volgde het boek van Rachel Carson over het gebruik van pesticiden in de landbouw: Silent Spring. In 1972 werd de toekomst van onze planeet ter sprake gebracht door de Club van Rome met het rapport Grenzen aan de groei. Dat is nu vijftig jaar geleden. Sindsdien is er niets veranderd. Het Ministerie van Landbouw heeft Nederland omgetoverd tot een biologisch rampgebied, in de Nederlandse stedenbouw is hoogbouw meer dan ooit de hoogste wijsheid en de meest ultieme vorm van verspilling, het toeristenverkeer, viert hoogtij. Tegelijkertijd is het sociale klimaat in Nederland grimmiger geworden, met dank aan het neoliberalisme in Den Haag.

De stapel knipsels van het afgelopen jaar die ik opruimde, bood geen vrolijk beeld van het vaderland. En dan doel ik niet op corona. Het is duidelijk dat de overheid geen idee heeft hoe het verder moet. Ook onze nieuwe regering tast geheel in het duister omdat het ambtelijk apparaat van de ruimtelijke ordening is afgebroken, net als het ambtelijk apparaat van de volkshuisvesting. Dat is de oogst van het neoliberalisme: chaos. Renoveren is de enige oplossing, niet alleen het vastgoed, maar ook het maatschappelijk bouwwerk.