Terug naar overzicht

Gebiedsontwikkeling: Wat Nederland kan leren van het buitenland (en andersom)

31 oktober 2017
Gebiedsontwikkeling: Wat Nederland kan leren van het buitenland (en andersom)

Maak duidelijke keuzes. Houd daaraan vast, ook als het economisch tegenzit. Koester vooral je sterke punten. Als aanloop naar het Praktijkcongres Gebiedsontwikkeling op 7 november beantwoorden Nicole Maarsen (directeur Vastgoedbeleggingen Syntrus Achmea Real Estate & Finance) en Roel van de Bilt (directeur Rabobank Real Estate Finance) de vraag: wat kunnen wij – overheid, marktpartijen – leren van gebiedsontwikkeling in het buitenland? En kan het buitenland misschien ook iets leren van ons?

Lessen uit het buitenland

  • Breng focus aan
  • Denk op de langere termijn
  • Houd vast aan de koers, ook bij tegenwind

Lessen uit het eigen land

  • Kies positie
  • Gun elkaar een eigen positie
  • Koester je USP’s


Les #1 – Breng focus aan
Rabobank Real Estate Finance doet tegenwoordig alleen nog zaken met klanten die een economische binding hebben met Nederland. Er is geen buitenlandse portefeuille meer. Maar dat betekent niet dat daar geen netwerk meer is. Roel van de Bilt (1969) heeft goed zicht op wat er over de grens gebeurt. ‘En niet alles gaat daar per definitie goed,’ zegt hij. ‘De vraag “wat kunnen we leren van het buitenland” suggereert dat min of meer, maar het ligt genuanceerder. Zeker, ik zie ontwikkelingen waaraan wij een voorbeeld kunnen nemen. Neem Lyon, waar een verouderde industriewijk prachtig is omgeturnd tot een eigentijds woon- en werkgebied. Of Leipzig, waar meerdere fantastische industriecomplexen wachten op transformatie. Ze pakken die nu één voor één aan de komende jaren. Dus niet alles tegelijk. Wat je in beide gevallen ziet is: focus. Duidelijke keuzes.’

Maken we die keuzes in Nederland te weinig? Van de Bilt wijst op de nieuwe Nationale Omgevingswet. ‘Daar is meer focus nodig, vind ik. Een heldere visie, met duidelijke speerpuntprojecten, waar je lokaal of regionaal op kunt voortborduren of juist onderbouwd van kunt afwijken. Aan die regie ontbreekt het nog wel eens.’

Nicole Maarsen (1971) heeft professioneel veel contact met het buitenland. Ook zij signaleert dat daar scherpere keuzes worden gemaakt. En ze gaat nog een stap verder: ‘Ik zie dat ook de uitdagingen scherper worden geïdentificeerd. Kijk naar Reinventing Paris, waar de stad Parijs heeft aangegeven welke kwaliteit gewenst is, en waar precies. Door dat te doen, krijg je een enorme kwaliteit los uit de markt. Nu komen ze met Reinventing Paris deel twee: de aanpak van de congestie. Er is maar liefst 35 miljard euro voor uitgetrokken. Dat zijn grote gebaren, gedurfde keuzes. Daar kunnen we in Nederland echt wat van leren.’

Ook zij noemt in dat verband de Nationale Omgevingsvisie. ‘Het gaat er bij ons toch vaak te simplistisch aan toe. We praten vanuit dilemma’s: moeten we verdichten of uitbreiden? Transformatie of nieuwbouw? Alsof de wereld uit dat soort dilemma’s bestaat! Dat is achterhaald. Iedereen ziet dat urbanisatie een wereldwijde trend is. Denk je echt dat we dat kunnen tackelen door dit soort dilemma’s te formuleren? Daarmee kies je niet, je krijgt geen focus. Pas bij duidelijke ambities haakt de markt aan, omdat dan pas duidelijk is hoe je kunt investeren.

Lees het volledige artikel via www.gebiedsontwikkeling.nu