Uit twee recente uitspraken van de Raad van State blijkt dat de korte vergunningenprocedure vaker kan worden toegepast bij transformaties dan aanvankelijk werd aangenomen.
Tot die conclusie komt Eefje van Bommel, bouwrechtadvocate bij Gijs Heutink Advocaten.
Juist bij transformaties van bestaande kantoren bestaat vaak de wens om wel extra volume te creëren, bijvoorbeeld door middel van een extra bouwlaag of een uitbouw. In die gevallen is zowel een omgevingsvergunning als een bouwvergunning nodig. Een korte vergunningsprocedure is daardoor niet mogelijk.
één omgevingsvergunning
De Raad van State maakte daar vorige maand, in twee verschillende uitspraken, echter korte metten mee. Het rechtscollege oordeelde dat “de verscheidende onderdelen van de zogenoemde kruimelgevallenregeling in één omgevingsvergunning gecombineerd kunnen worden toegepast”, aldus Van Bommel.
Daarmee is volgens haar vast komen te staan dat het mogelijk is om binnen 8 weken na de vergunningaanvraag tegelijkertijd een omgevingsvergunning te verkrijgen voor de wijziging van het gebruik van een bestaand hoofdgebouw enerzijds, alsmede voor de bouw en het gebruik van de uitbreiding van het hoofdgebouw anderzijds.
Van Bommel waarschuwt wel dat het aantal woningen niet mag toenemen. Voor transformaties van kantoorpanden naar woningen hebben de uitspraken daarom niet zoveel betekenis.