Terug naar overzicht

De toekomst van dorpscentrum en woonboulevard

26 juni 2017
De toekomst van dorpscentrum en woonboulevard

Kennisbevordering is een van de pijlers van NRP. In werkgroepen werken medewerkers van NRP partners samen rondom bepaalde thema’s. Sinds november 2016 schrijft de Denktank Wet- en Regelgeving (WeR) blogs over relevantie problematiek en oplossingen.

Stelt u zich eens voor dat u op de woonboulevard de meubelzaak en bouwmarkt wilt bezoeken en u treft ook allerhande winkels aan, zoals een boekhandel, juwelier en de modezaken. Die verwacht u toch in het dorpscentrum? Het is de wereld op zijn kop, denkt u wellicht.

In ons Nederlands stelsel zijn we gewend aan een zo sterk mogelijk dorpscentrum met allerlei reguliere detailhandel en, aan de rand van het dorp, een woonboulevard ingericht rond het thema wonen. Of we met ons Nederlands systeem voldoen aan de Europese Dienstenrichtlijn, daar zijn twijfels over. Sterker nog, gewoonlijk is de Afdeling bestuursrechtspraak in Den Haag het strijdtoneel. Op dit moment is het Hof van Justitie in Luxemburg de arena waar de degens worden gekruist.

Het dorpscentrum

Het dorpscentrum is veelal organisch gegroeid. Je herkent de hoofdwinkelstraat, enkele zijstraten en daar tref je de gebruikelijke winkels aan. Hier en daar kom je ingrepen tegen, zoals een nieuw gebouwd winkelcentrum of een winkelstrip volgens de laatste architectuuropvatting. De woonboulevard buiten het dorp is planmatig opgezet, met vestigingen van woonwinkels, bouwmarkten en nog meer zaken waarvoor je specifiek naar de woonboulevard gaat.

Het onderscheid tussen het dorpscentrum en een woonboulevard wordt vastgelegd in een bestemmingsplan. In het dorpscentrum zijn de reguliere winkels toegestaan, op de woonboulevard alleen detailhandel in volumineuze goederen, ook wel perifere detailhandel genoemd. Daarvoor zijn in het bestemmingsplan regels opgenomen. In die regels wordt een onderscheid gemaakt in branches, zogeheten brancheringsregels. Daarmee kan het gemeentebestuur voorkomen dat reguliere winkels uit het centrumgebied wegtrekken en dat in het centrumgebied grote leegstand ontstaat.

Stad Appingedam

Voor het dorpscentrum en de woonboulevard van Appingedam is het bestemmingsplan Stad Appingedam vastgesteld met brancheringsregels voor de woonboulevard. Voor de vastgoedfirma van de woonboulevard betekende dit dat op het Woonplein alleen branches zijn toegestaan die volumineuze goederen verkopen, zoals een bouwmarkt, meubelzaak en tuincentrum. De vastgoedfirma vindt dat ook reguliere winkels, zoals Bristol, op het Woonplein moeten kunnen worden gevestigd. De vastgoedfirma stelt in de juridische procedure dat die regels in strijd zijn met de Europese Dienstenrichtlijn.

Deze Europese Dienstenrichtlijn stelt dat geen onderscheid mag worden gemaakt in diensten en is dus een onderscheid in branches verboden. Tenzij, de brancheringsregels worden opgenomen op grond van ‘dwingende redenen van algemeen belang’.

Hof van Justitie in Luxemburg

Het beroep dat door de vastgoedfirma is ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak is doorverwezen naar het Hof van Justitie. Daar is de kwestie behandeld tijdens de zitting van de Grote Kamer van het Hof van Justitie op 14 februari 2017. Inmiddels is bekend geworden dat de advocaat-generaal Szpunar van mening is dat de brancheringsregels in het Appingedamse bestemmingsplan terecht zijn gemaakt, want anders dreigt leegstand in het centrum van Appingedam. De mening van de advocaat-generaal die op 18 mei 2017 is gepubliceerd, moet nog door het Hof van Justitie worden bevestigd. Uiteindelijk zal de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State hierover nog een oordeel vellen. De verwachting is dat hierover eind 2017 duidelijkheid ontstaat.

Transformatie vastgoed

Voor de transformatie van vastgoed in het centrumgebied is deze zaak van belang. We zijn gewend aan een indeling van reguliere detailhandel in het dorpscentrum of het centrum van een stad en aan thematisch opgezette winkelgebieden. Het ziet ernaar uit dat deze indeling wordt behouden. Dat biedt zekerheid voor investeringen. Wanneer allerlei detailhandel op allerlei locaties kan worden gevestigd, ontstaat een onzekere situatie welke detailhandel zich nu waar gaat vestigen. Qua beleggingen is er nu een heldere situatie. Er zijn natuurlijk vastgoedfirma’s van woonboulevards die het graag anders zien. Eind dit jaar is er meer duidelijkheid. We houden u op de hoogte.

Wil je meer informatie of een vraag voorleggen over wet- en regelgeving? Neem contact op met de NRP Denktank wet- en regelgeving: e.vanholland@nrp.nl.