Terug naar overzicht

Column Joks Janssen: Keep the faith

26 mei 2021
Column Joks Janssen: Keep the faith

De Pinksterdagen bieden ruimte voor reflectie en bezinning. Het regenachtige weer vormt het perfecte decor om weer eens door mijn boekenkast te dwalen. Niets heerlijker dan je te laten verrassen door de vondst van een bijzondere uitgave of een boek waarvan je niet meer wist dat het zich in je collectie bevond. Het is een vaak vergeten vorm van ontsluiting, die van het toeval. Het zwerven zonder direct doel is als humus voor de geest: goed voor de intellectuele verwondering. 

Met mijn vingers over de ruggen van boeken, scan ik de plank met planologische literatuur en stuit op een kleine uitgave. Het is de Nijmeegse afscheidsrede van hoogleraar planologie Barrie Needham: ‘De Nederlandse ruimtelijke ordening gewikt en gewogen.’ We schrijven 2007. De grote onttakeling van de nationaal ruimtelijke ordening is dan al in gang gezet. Na de gesneefde Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening, presenteert Sybilla Dekker, de toenmalige bewindsvrouw van VROM, de Nota Ruimte. De belangrijkste boodschap van die nota was een delegering van beleidsverantwoordelijkheden naar provincies en gemeenten.

De witte cover van de Nota Ruimte symboliseerde de inhoudelijke leegte van het binnenwerk. Daarin geen vergezichten of lange-termijnvisies op de ruimtelijke inrichting van ons land, noch nieuwe ruimtelijke concepten of richtinggevende principes voor het ruimtegebruik. Nationaal ruimtelijke ordening werd gezien als sta-in-de-weg, een overbodige activiteit in neoliberale tijden van marktwerking, decentralisatie en deregulering. En daarbij: Nederland was grotendeels af. Lagere overheden konden de kleinschaliger ruimtelijke (functie)wijzigingen in stad en land wel regisseren. Daar hoefde de Rijksoverheid zich niet meer mee te bemoeien.

Het is tegen deze achtergrond van een razendsnel terugtredende Rijksoverheid, dat de van oorsprong Britse Needham de balans opmaakt. Ondanks beperkte bestuurlijke en financiële middelen was de ruimtelijke ordening er volgens hem redelijk in geslaagd om positieve invloed uit te oefenen op de ruimtelijke inrichting. Het was zijns inziens dan ook te vroeg voor ruimtelijk defaitisme. De maakbaarheid van onze topografie laat zich niet zomaar als een overjarige utopie wegsturen. Needham waarschuwde voor de scheve ruimtelijke verdeling van welvaart op de woningmarkt. En hij hield, tegen de toenmalige politieke tijdgeest in, een pleidooi voor een sterkere rol voor de rijks- (en de provinciale) overheid.

Ongetwijfeld had Needham destijds zelf ook wel door dat zijn boodschap voor meer rijksregie in Den Haag op weinig weerklank mocht rekenen. Vandaar dat hij de Black Power-activisten uit de roerige jaren zestig aanhaalde, en zijn publiek van vakgenoten voorhield: ‘Keep the faith, Baby!’. Die boodschap is nodig gebleken. Want het geloof in nationaal ruimtelijke ordening is in de jaren daarna stevig op de proef gesteld. Met de ontmanteling van het ministerie van VROM leek het grootse bouwwerk van plannen, wetten en projecten dat de ruimte reguleert, op sterven na dood. Bijna niemand gaf nog iets voor dit monument van de twintigste eeuw. 

Maar het dieptepunt lijkt gepasseerd. Met de NOVI krijgt het ruimtelijk gezicht van het Rijk weer wat kleur op de wangen. Maatschappelijke oproepen in de media en politieke druk vauit de Tweede Kamer effenen de weg voor hernieuwde betrokkenheid van het Rijk bij de grote ruimtelijke opgaven van onze tijd. En in de Haagse binnenkamers werken topambtenaren aan een agenda voor het nieuw te vormen kabinet. Het recente rapport ‘Van woorden naar daden’ van het Interdepartementaal beleidsonderzoek ruimtelijke ordening (IBO) getuigt daarvan. 

Met het IBO-rapport betoont de rijksoverheid zich een planologisch spijtoptant. Het rijke archief van beeldbepalende ruimtelijke programma’s en instrumenten, van Vinex en Ruimte-voor-de-Rivier tot Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing, wordt afgestoft. Lerend van deze resultaten uit het verleden, pogen de IBO auteurs lijnen uit te zetten voor de toekomst. Een toekomst waarin het rijk weer een zelfbewuste en sturende rol in de ruimtelijke ordening speelt. Needham revisited!

Anders dan in 2007 lijkt de boodschap van stevige rijksambities en meer rijksregie nu wel in goede, Haagse aarde te vallen. Meer dan ooit lijkt er momentum voor een herstart van de nationaal ruimtelijke ordening. Of dat straks ook kracht wordt bijgezet met een nieuwe minister - of zelfs een ministerie - van Ruimte, hangt af van het politieke proces tijdens de formatie. Daarover is het lastig voorspellingen te doen. Maar we houden moed. En blijven erin geloven. Keep the faith, Baby!